SPORT (EN REIZEN)

10e editie door Gerret Goossen

(Bijgewerkt op: 08-05-2013)

Vrienden van de ANVR,

Van mij wordt verwacht dat ik (evenals mijn voorgangers overigens) een artikel schrijf over mijn hobby’s. Buiten dat ik graag het onderhoud aan onze tuin en vijver zelf uitvoer, zijn toch de SPORT en REIZEN mijn grootste hobby’s. Over reizen hoef ik het niet te hebben want dat is of was juist ons werk en hobby die wij met elkaar delen in onze ANVR Vriendenkring.

Ik ben geïnteresseerd in vele sporten echter, dat betekent wel meestal het bekijken langs de lijn of tribune of het volgen via de TV; sommige sporten bedrijven wij ook zelf nog regelmatig.

Sinds korte tijd kan zelfs Jack van Gelder de naam FC Twente uit zijn mond krijgen en weet hij warempel waar Twente en zelfs de GROLSCH Veste, het stadion van FC Twente, ligt. Dat betekent dat men FC Twente tot de topclubs van Nederland rekent en dat doet ons deugd, want mijn vrouw en ikzelf zijn trouwe aanhangers van FC Twente.

U allen, die ons wel kent van de bootreünie’s of busreizen van de Vrienden van de ANVR, wist dat al enige tijd, want daar zorg ik met mijn chauvinisme wel voor of anders mijn vrouw wel.

Hobby nummer één is dus voetbal van jongs af aan… Mijn jongensjaren, maar ook ver daarna werden beheerst door de BAL. Op weg naar school, al baltrappend over de weg met eigengemaakte ballen (sommige ballen waren nog gemaakt van rubber uit achtergelaten Duits oorlogsmateriaal) en auto’s waren nog bijna niet aanwezig. In de speelkwartieren, op en na school altijd voetballen. Alles wat voor je voeten kwam werd weggeschopt soms tot verdriet van mijn ouders, want het heeft aardig wat klompen en/of klompenreparaties gekost. Tegen het einde van mijn lagere school, de oorlog lag al een paar jaren achter ons, kon er weer in clubverband gevoetbald worden en mijn club was toen MVV 29,  Mariaparochiese Voetbal Vereniging. Jaren gespeeld, maar naarmate ik meer tijd aan mijn studie moest besteden werd dat moeilijker, temeer omdat ik destijds ook aan Judo deed. Het einde aan die intensieve sportbeoefening kwam mede doordat mijn toenmalige werkgever deze sporten niet zo zag zitten wegens mogelijke uitval door blessures, maar vooral studie-uitval. IBM was in die tijd behoorlijk tegen deze, wat zijn noemden, fysieke sporten met een behoorlijk risico voor lijf en leden….Zij waren meer voorstander van tennis, schaken en dammen.

Toen wij eind 1975 weer terug in Twente gingen wonen kwam FC Twente weer nadrukkelijker in beeld, vooral ook omdat ARKE reizen destijds de sponsor was. En mede daardoor kreeg het FC Twente virus ook mijn vrouw te pakken. Nu nog ben ik lid van de Twentse Ondernemer Sociëteit, de grootste sponsor van FC Twente met eigen stoelen op de hoofdtribune en een lounge in de GROLSCH Veste.

Supporter zijn van zo’n gezellige club en de nodige verzetjes van de TOS is natuurlijk prachtig maar de sportbeleving is en blijft grotendeels passief.

Dus zocht ik een sport voor de nodige lichaamsbeweging maar die ik wel qua sport bedrijven, flexibel zou kunnen invullen.

Dat werd GOLF. Met dit spel werd ik door mijn studies in Amerika voortdurend geconfronteerd. Bij ARKE kwam daar nog een extra dimensie bij doordat de heer Ferdinand Fransen, u weet wel die van Arke Reizen, met enige andere Twentse zakenlieden vonden dat er in Twente een sublieme golfbaan moest komen. Vanuit deze gedachte is de golfbaan ‘t Sybrook ontstaan en ik werd geacht ook daar lid van te worden. Binnen de golfclub is een aparte club geformeerd van senioren, het Senioren Convent genaamd, welke een club van oudere, bezadigde mannen is….. hoofdzakelijk Twentse oud-zakenlieden, ambtenaren, medische specialisten, accountants etc., die het prettig vinden om elkaar op deze manier nog te ontmoeten.

Onze vaste speeldag is de woensdag en de negentiende hole wordt, na de echte 18 holes wedstrijd, gezellig en goed ingevuld onder het genot van het een en ander, en, voor de liefhebbers, met kaarten en bridgen. Ikzelf zal deze speeldagen alleen overslaan voor vakantiereizen en/of competitie of andere wedstrijden van FC Twente.

Dus woensdags ben ik van de straat of beter gezegd ben ik mijn vrouw niet tot last.

Voor nog meer lichaamsbeweging ben ik gaan Badmintonnen, een sport die mijn vrouw al lang beoefende. Beiden gaan wij minimaal één ochtend in de week, maandagochtend van 9 tot 12 uur waarmede wij het teveel aan vet van het weekend kunnen wegwerken. Samen weliswaar, hoewel mijn vrouw wedstrijden met en tegen mij niet altijd de beste oplossing vindt. Ik sla te hard … hou geen rekening met de vrouwelijke tegenstanders, …ben veel te fanatiek en dergelijke opmerkingen krijg ik te horen. Toch zal ik deze sport niet gauw opgeven ondanks dan het feit dat ik na zo’n ochtend badminton behoorlijk gesloopt bent.

U leest wel dat ik mij niet verveel, meestal kom ik tijd te kort.

Verschenen bij Vriendennieuws nr. 92,  26 april 2013

Wie de volgende editie voor zijn rekening zal nemen blijft nog even een verrassing.